Bereidingswijze

1. Verwarm de fles/het potje met daarin de tahini. Daarna kun je dit gemakkelijker roeren.
2. Roer de tahini goed door en voeg de gekookte mirin en gekookte sake toe. Meng het geheel opnieuw goed door en voeg daarna de sojasaus en de suiker toe.
3. Rooster de pijnboompitten in een pan voor 1 tot 2 minuten. Blijf de pan goed bewegen om te voorkomen dat de pijnboompitten verbranden.
4. Kook de spinazie en de oesterzwammen in licht gezouten water voor ongeveer 30 seconden (20 gram zout voor 2 liter water).
5. Giet de spinazie en oesterzwammen af en wring de groenten vervolgens uit.
6. Onthoofd en pel de garnalen. Verwijder vervolgens de ingewanden. Tip: Gebruik hiervoor een vork. Let op! Gooi de hoofden en de schillen niet weg.
7. Verwarm de garnalenkoppen en schillen in 150 ml sojaolie of zonnebloemolie. Breek de garnalenkoppen met een spatel en laat het geheel ongeveer 10 minuten op een laag vuur staan. Giet de olie over en vang de garnalenkoppen en schillen op in een zeef. Je hebt nu een heerlijke garnalenolie gemaakt, zet hier een beetje van apart voor het hoofdgerecht.
8. Bak de garnalen voor 2,5 minuten op hoog vuur in 2 eetlepels van de garnalenolie.
9. Meng de groenten in 4 eetlepels van de tahinisaus.
10. Verdeel de veldsla over de borden, schep hier de groenten en garnalen op en garneer met cherrytomaten en partjes citroen.